Het vast bureau hecht zijn principiële goedkeuring aan wijziging van de rechtspositieregeling als volgt:
Art. 9. §1 In afwijking van artikel 7, 1°, en 2° en artikel 8, kan het vast bureau bepalen dat kandidaten die niet voldoen aan de diplomavereiste zoals bepaald in artikel 8, in aanmerking komen voor aanwerving. Die afwijking van de diplomavereiste is uitzonderlijk en op grond van vooraf vastgesteld objectieve criteria mogelijk, als de functie noch op basis van de functiebeschrijving, noch krachtens een reglementering van de hogere overheid een diploma vergt.
Indien er wordt afgeweken van de diplomavereisten, worden vooraf de leden van het BOC hiervan op de hoogte gesteld.
enz....
§2 In afwijking van artikel 7, kan het vast bureau bepalen dat kandidaten die niet voldoen aan de ervaringsvereiste toch in aanmerking komen voor aanwerving. Die afwijking van de ervaringsvereiste is uitzonderlijk en op grond van vooraf vastgesteld objectieve criteria mogelijk.
Indien er wordt afgeweken van de ervaringsvereisten, worden vooraf de leden van het BOC hiervan op de hoogte gesteld.
Indien er geen kandidaten zijn na een eerste bekendmaking van de vacante functie, kan in voorkomend geval het vast bureau beslissen dat kandidaten niet moeten voldoen aan de ervaringsvereisten. Deze beslissing gebeurt dan vòòr de tweede bekendmaking van de vacante functie.
De onderhandeling in het BOC zal gebeuren via een schriftelijke procedure.
De resultaten van de onderhandeling in het BOC zullen worden teruggekoppeld naar het vast bureau, waarna er een nieuwe gecoördineerde versie van rechtspositieregeling zal worden voorgelegd.
Worden in kennis gesteld van dit besluit: